Bonussen en discussies
Een paar weken geleden schreef ik aan een paar deskundige vrienden een mail die betrekking had op het toezicht op banken. Daarin speelde het bonussensysteem een rol maar eigenlijk niet meer dan een ondergeschikte. Hoofdthema was de transparantie van banken die in mijn ogen noodzaak is om een fatsoenlijke controle mogelijk te maken en het vertrouwen te herstellen. Dat hersteld vertrouwen is noodzakelijk voor de beveiliging van het wereldgeldstelsel. Hoe belangrijk die beveiliging is blijkt wel uit het feit dat een groot aantal landen zich in de schulden hebben gestoken om hun banken te redden. De Eurocrisis van de laatste maanden is een verlaat gevolg van dit overheidsingrijpen.
Maar U kunt zien hoe het woord bonus in verband met banken werkt als een trigger. Mensen lezen niet meer wat er staat maar reageren op wat ze denken dat er wel zal staan. Ik publiceer mijn e-mail en de interessante en deskundige reactie die geen antwoord was, dan kunt U het zelf zien. Een interessant fenomeen.
» Dit was mijn brief:
Amici,
Wanneer ondernemers hun personeel bonussen betalen doen ze dat in principe om de prestaties van het bedrijf te bevorderen. De bonussen zijn ontstaan als incentives om de bedrijfsgang in positieve zin te beïnvloeden. Maar ze werken niet altijd uit zoals ze zijn bedoeld. Soms komt dat omdat de onderneming onvoldoende heeft stilgestaan bij de richting die de incentives aan het bedrijf geven. Maar in de bankierswereld lijkt het alsof bonussen vooral betaald worden omdat iedereen bonussen geeft . Het doel dat het management er mee heeft lijkt tegenwoordig in hoofdzaak te zijn employees op sleutelfuncties te behouden. Wie geen bonussen betaalt raakt mensen kwijt, denkt men en mensen zijn de belangrijkste assets van een bank.
Maar als die bonussen gemeten worden aan de hoeveelheid hypotheken die iemand ‘wegzet’ of van de winst die gemaakt wordt met risicovolle transacties, dan doen die bonussen meer dan alleen de handelaren binnenboord houden. Dan wordt het risico van de hypotheken minder grondig beoordeeld dan zonder bonus het geval zou zijn en worden er meer transacties aangegaan die behalve hoge winsten ook grote verliezen kunnen opleveren. Dat de employee deelt in de verliezen zult U maar zelden zien. Dan is hij immers geen employee meer maar medeondernemer en daar voelt hij meestal niet veel voor.
Wat de banken met hun bonussen hebben bereikt is een hoger risicoprofiel voor hun bedrijven zonder een evenredig hogere winst als de risico’s goed aflopen. Wel met onevenredig hoge verliezen als het niet goed gaat. Commercieel is dat nogal onverstandig. Maar bij andere bedrijven zou daar de kous voor een groot deel mee af zijn. Bij bankiers niet. De verliezen treffen niet alleen henzelf. De banken hebben een cruciale functie in het wereldbetalingsverkeer. Als banken failliet gaan of het vertrouwen van hun klanten en van hun collega’s kwijt raken, dan stokt de geldstroom en de wereldhandel. Dan hebben we een bankencrisis en in het kielzog daarvan een wereldhandelscrisis. Het is duidelijk dat het bonussensysteem een van de oorzaken is geweest van de laatste crisis. Het is aan de andere kant niet verstandig om het als de enige oorzaak te zien. Kranten en regeringsleiders lijken de laatste jaren blind te zijn voor andere oorzaken, die er toch duidelijk wel zijn.
Dat banken grotere risico’s namen dan commercieel verantwoord was en dat zij daarnaast de regels ontweken die de centrale banken hadden opgesteld om hun risicovermogen op peil te houden, dat kan die centrale banken en de andere toezichthouders niet zijn ontgaan. Het is evident dat het controle systeem voor banken heeft gefaald en dat herstel van het toezicht nodig zal zijn om het vertrouwen in het bancaire stelsel te herstellen.
Om banken te kunnen vertrouwen moet eerst weer duidelijk worden wat banken eigenlijk doen. De controle wordt veel gemakkelijker wanneer het bancaire bedrijf beperkt blijft tot geld inlenen en uitlenen met als centrale competentie het onderzoeken van de kredietwaardigheid van kredietnemers. Dan kan het toezicht beperkt blijven tot controle op de competentie en de integriteit van de bankiers en op het naleven van de regels. De belangrijkste fout die de toezichthouders nu al decennia hebben gemaakt is toestaan dat het bankiersbedrijf onoverzichtelijk werd.
Aan het hoofd van banken staan niet langer bankiers maar managers die van het vak zelf onvoldoende verstand hebben en die in toenemende mate het overzicht over hun bedrijf zijn kwijtgeraakt. In reactie op die ontwikkeling hebben de toezichthouders trouwens niet stil gezeten. Ze hebben voortdurend de regels aangescherpt. Maar het resultaat daarvan is niet een grotere inzichtelijkheid. Op de expansie van de activiteiten van de bankiers hebben de toezichthouders gereageerd met een grotere complicatie van de regelgeving. Dat heeft geleid tot ontgaanspraktijken van de banken en anti-ontgaansmaatregelen van de toezichthouders, waardoor een kluwen van regels is ontstaan die niemand meer helemaal overziet. Het resultaat is dat per saldo de overzichtelijkheid is afgenomen in plaats van toegenomen.
Wil men ooit de geldcirculatie en de banken weer in het gareel krijgen dan zal eerst de bancaire wereld simpeler en overzichtelijker moeten worden. Er is geen alternatief. Alleen voor een simpel bedrijf zijn simpele regels te maken. Daarvoor is het waarschijnlijk nodig dat er een streng gehandhaafd onderscheid tussen systeembanken en handelsbanken komt en dat niemand meer handelsbanken inschakelt in het cruciale wereldgeldverkeer. Systeembanken moeten terug naar hun core business van geld inlenen en uitlenen. Dat lijkt gemakkelijk , maar is een enorme klus. Het is gemakkelijker om het bonussysteem aan te pakken, maar dat zal onvoldoende helpen. U zult het zien. Als dat het enige is wat er gebeurt kunt U op de volgende crisis wachten.
En dit was het antwoord: Beste Toon,
We moeten ons ervoor hoeden deze ingewikkelde zaken teveel te simplificeren, want dat leidt tot te simpele oplossingen, dus schijnoplossingen. Ik zal, met dit als Leitmotiv, op enkele onderdelen van je betoog ingaan.
Bonussen
Aangezien financiële bedrijven een wereldwijd geïntegreerde bedrijfstak vormen, kan het “bonussenprobleem”alleen maar internationaal opgelost worden. Een land dat op eigen houtje bonussen aan nationale verbodsregels onderwerpt zal zijn bankwezen in de internationale concurrentieslag zien verkommeren: de meest kundige werknemers wijken uit naar het buitenland. Ook is het de vraag, of alle bonuspraktijken veroordeeld moeten worden. Het aanbrengen van zoveel mogelijk hypotheekklanten is op zichzelf niet verwerpelijk, mits elk contract maar, evenals vroeger, door de desbetreffende specialistische afdeling grondig op risico’s beoordeeld wordt. De problemen zijn m.i. ontstaan toen internationaal wetgeving zodanig veranderd werd dat kredieten op markten verhandeld konden worden. Deze verhandelbaarheid was voorwaarde voor de securitisatie-praktijk, die een volstrekte breuk met het traditionele bankeren betekende. Risico”s waren nauwelijks meer vast te stellen; zelfs de identiteit van de schuldenaren ging verloren in een onontwarbare administratie.
Interessant is ook de vraag, hoe het fenomeen “bonus” in de financiële wereld kon ontstaan. Je bent geneigd, primair aan de wet van vraag en aanbod te denken: hoe succesvoller een bankmedewerker is, hoe meer hij op de arbeidsmarkt waard is. Ik betwijfel echter of dat de complete verklaring levert. Ook vroeger waren de zeer succesvolle medewerkers schaars, en toch kregen zij geen enorme beloningen. Dat geldt ook voor andere bedrijfstakken: de directeur van een provinciaal energiebedrijf zat vroeger in een schaal voor hoofdingenieur; zijn huidige collega krijgt een paar miljoen, maar hij is vermoedelijk niet schaarser dan de hoofdingenieur van 30 jaar geleden. Er zit iets in van een stoelendans op gigantische schaal: iedereen in dezelfde positie dreigt van werkgever te wisselen als hij geen hogere bonus krijgt. Dat is niet meer een kwestie van een afweging van zeg 10000 arbeidsplaatsen die precies 10000 liefhebbers aanlokken bij een bepaalde beloning, maar een kwestie van steeds één persoon die overstapt naar een andere werkgever (of dat slechts dreigt te doen) als hij geen hogere beloning krijgt en daarmee het hele systeem in beweging zet. En deze marginale impulsen, dagelijks in de hele wereld zich talloze malen herhalend, drijven de hele beloningsstructuur steeds verder op, Een evenwichtssituatie lijkt er – anders dan bij de wet van vraag en aanbod – niet te zijn. Het proces gaat door, totdat de bom door een externe oorzaak barst, en daarna begint het spel opnieuw. Met een wetenschappelijk onderzoek naar dit soort fenomenen is naar mijn mening een Nobelprijs te verdienen.
Versimpeling
Ik denk dat het inderdaad goed zou zijn om de functie van het betalingsverkeer zoveel mogelijk buiten de risicovolle sfeer te houden, maar we moeten niet de illusie hebben dat de simpele “betaal- en spaarbanken” erg populair zullen zijn bij het publiek. Wat er dan gebeurt, hebben we kunnen zien in Duitsland, waar juist die van huis uit simpele banken in handen van Länder, gemeenten en Genossenschaften, op zeker moment, om niet weg te zinken in onbeduidendheid, zeer riskante transacties (met behulp van hoogbetaalde mensen) gingen doen. Die dreigende onbeduidendheid was als volgt te verklaren (1) particulieren namen geen genoegen met een spaarrente van luttele procenten als zij met producten van befaamde banken (als Deutsche Bank) een hoger rendement konden krijgen, en (2) grote bedrijven brachten hun betalingsverkeer (waaronder loonbetalingen) liever bij befaamde banken onder die hen ook konden helpen met hun funding (valuta, tegenpartijen, looptijd, enz.).
Terminologie
Nog een opmerking over je terminologie: je onderscheidt systeembanken en handelsbanken voor resp. banken die essentieel zijn voor het betalingsverkeer en banken die hun klanten voorzien van (door hen gewenste) ingewikkelde en riskante producten. Maar in de financiële wereld is de geijkte aanduiding net omgekeerd: handelsbanken zijn de simpele banken die niet verder gaan dan het verlenen van self-liquidating kredieten op basis van toevertrouwde (spaar)gelden, terwijl de term systeembank wordt gebruikt voor – de meestal grote – banken die, als gevolg van een meer risicovol bedrijf, de soliditeit van het hele financiële systeem – waaronder natuurlijk in de eerste plaats het betalingsverkeer – in de waagschaal kunnen leggen.
Het stuk staat natuurlijk ook op de eigen webstek van Toon.
Wanneer ondernemers hun personeel bonussen betalen doen ze dat in principe om de prestaties van het bedrijf te bevorderen. De bonussen zijn ontstaan als incentives om de bedrijfsgang in positieve zin te beïnvloeden. Maar ze werken niet altijd uit zoals ze zijn bedoeld. Soms komt dat omdat de onderneming onvoldoende heeft stilgestaan bij de richting die de incentives aan het bedrijf geven. Maar in de bankierswereld lijkt het alsof bonussen vooral betaald worden omdat iedereen bonussen geeft . Het doel dat het management er mee heeft lijkt tegenwoordig in hoofdzaak te zijn employees op sleutelfuncties te behouden. Wie geen bonussen betaalt raakt mensen kwijt, denkt men en mensen zijn de belangrijkste assets van een bank.
Maar als die bonussen gemeten worden aan de hoeveelheid hypotheken die iemand ‘wegzet’ of van de winst die gemaakt wordt met risicovolle transacties, dan doen die bonussen meer dan alleen de handelaren binnenboord houden. Dan wordt het risico van de hypotheken minder grondig beoordeeld dan zonder bonus het geval zou zijn en worden er meer transacties aangegaan die behalve hoge winsten ook grote verliezen kunnen opleveren. Dat de employee deelt in de verliezen zult U maar zelden zien. Dan is hij immers geen employee meer maar medeondernemer en daar voelt hij meestal niet veel voor.
Wat de banken met hun bonussen hebben bereikt is een hoger risicoprofiel voor hun bedrijven zonder een evenredig hogere winst als de risico’s goed aflopen. Wel met onevenredig hoge verliezen als het niet goed gaat. Commercieel is dat nogal onverstandig. Maar bij andere bedrijven zou daar de kous voor een groot deel mee af zijn. Bij bankiers niet. De verliezen treffen niet alleen henzelf. De banken hebben een cruciale functie in het wereldbetalingsverkeer. Als banken failliet gaan of het vertrouwen van hun klanten en van hun collega’s kwijt raken, dan stokt de geldstroom en de wereldhandel. Dan hebben we een bankencrisis en in het kielzog daarvan een wereldhandelscrisis. Het is duidelijk dat het bonussensysteem een van de oorzaken is geweest van de laatste crisis. Het is aan de andere kant niet verstandig om het als de enige oorzaak te zien. Kranten en regeringsleiders lijken de laatste jaren blind te zijn voor andere oorzaken, die er toch duidelijk wel zijn.
Dat banken grotere risico’s namen dan commercieel verantwoord was en dat zij daarnaast de regels ontweken die de centrale banken hadden opgesteld om hun risicovermogen op peil te houden, dat kan die centrale banken en de andere toezichthouders niet zijn ontgaan. Het is evident dat het controle systeem voor banken heeft gefaald en dat herstel van het toezicht nodig zal zijn om het vertrouwen in het bancaire stelsel te herstellen.
Om banken te kunnen vertrouwen moet eerst weer duidelijk worden wat banken eigenlijk doen. De controle wordt veel gemakkelijker wanneer het bancaire bedrijf beperkt blijft tot geld inlenen en uitlenen met als centrale competentie het onderzoeken van de kredietwaardigheid van kredietnemers. Dan kan het toezicht beperkt blijven tot controle op de competentie en de integriteit van de bankiers en op het naleven van de regels. De belangrijkste fout die de toezichthouders nu al decennia hebben gemaakt is toestaan dat het bankiersbedrijf onoverzichtelijk werd.
Aan het hoofd van banken staan niet langer bankiers maar managers die van het vak zelf onvoldoende verstand hebben en die in toenemende mate het overzicht over hun bedrijf zijn kwijtgeraakt. In reactie op die ontwikkeling hebben de toezichthouders trouwens niet stil gezeten. Ze hebben voortdurend de regels aangescherpt. Maar het resultaat daarvan is niet een grotere inzichtelijkheid. Op de expansie van de activiteiten van de bankiers hebben de toezichthouders gereageerd met een grotere complicatie van de regelgeving. Dat heeft geleid tot ontgaanspraktijken van de banken en anti-ontgaansmaatregelen van de toezichthouders, waardoor een kluwen van regels is ontstaan die niemand meer helemaal overziet. Het resultaat is dat per saldo de overzichtelijkheid is afgenomen in plaats van toegenomen.
Wil men ooit de geldcirculatie en de banken weer in het gareel krijgen dan zal eerst de bancaire wereld simpeler en overzichtelijker moeten worden. Er is geen alternatief. Alleen voor een simpel bedrijf zijn simpele regels te maken. Daarvoor is het waarschijnlijk nodig dat er een streng gehandhaafd onderscheid tussen systeembanken en handelsbanken komt en dat niemand meer handelsbanken inschakelt in het cruciale wereldgeldverkeer. Systeembanken moeten terug naar hun core business van geld inlenen en uitlenen. Dat lijkt gemakkelijk , maar is een enorme klus. Het is gemakkelijker om het bonussysteem aan te pakken, maar dat zal onvoldoende helpen. U zult het zien. Als dat het enige is wat er gebeurt kunt U op de volgende crisis wachten.
We moeten ons ervoor hoeden deze ingewikkelde zaken teveel te simplificeren, want dat leidt tot te simpele oplossingen, dus schijnoplossingen. Ik zal, met dit als Leitmotiv, op enkele onderdelen van je betoog ingaan.
Bonussen
Aangezien financiële bedrijven een wereldwijd geïntegreerde bedrijfstak vormen, kan het “bonussenprobleem”alleen maar internationaal opgelost worden. Een land dat op eigen houtje bonussen aan nationale verbodsregels onderwerpt zal zijn bankwezen in de internationale concurrentieslag zien verkommeren: de meest kundige werknemers wijken uit naar het buitenland. Ook is het de vraag, of alle bonuspraktijken veroordeeld moeten worden. Het aanbrengen van zoveel mogelijk hypotheekklanten is op zichzelf niet verwerpelijk, mits elk contract maar, evenals vroeger, door de desbetreffende specialistische afdeling grondig op risico’s beoordeeld wordt. De problemen zijn m.i. ontstaan toen internationaal wetgeving zodanig veranderd werd dat kredieten op markten verhandeld konden worden. Deze verhandelbaarheid was voorwaarde voor de securitisatie-praktijk, die een volstrekte breuk met het traditionele bankeren betekende. Risico”s waren nauwelijks meer vast te stellen; zelfs de identiteit van de schuldenaren ging verloren in een onontwarbare administratie.
Interessant is ook de vraag, hoe het fenomeen “bonus” in de financiële wereld kon ontstaan. Je bent geneigd, primair aan de wet van vraag en aanbod te denken: hoe succesvoller een bankmedewerker is, hoe meer hij op de arbeidsmarkt waard is. Ik betwijfel echter of dat de complete verklaring levert. Ook vroeger waren de zeer succesvolle medewerkers schaars, en toch kregen zij geen enorme beloningen. Dat geldt ook voor andere bedrijfstakken: de directeur van een provinciaal energiebedrijf zat vroeger in een schaal voor hoofdingenieur; zijn huidige collega krijgt een paar miljoen, maar hij is vermoedelijk niet schaarser dan de hoofdingenieur van 30 jaar geleden. Er zit iets in van een stoelendans op gigantische schaal: iedereen in dezelfde positie dreigt van werkgever te wisselen als hij geen hogere bonus krijgt. Dat is niet meer een kwestie van een afweging van zeg 10000 arbeidsplaatsen die precies 10000 liefhebbers aanlokken bij een bepaalde beloning, maar een kwestie van steeds één persoon die overstapt naar een andere werkgever (of dat slechts dreigt te doen) als hij geen hogere beloning krijgt en daarmee het hele systeem in beweging zet. En deze marginale impulsen, dagelijks in de hele wereld zich talloze malen herhalend, drijven de hele beloningsstructuur steeds verder op, Een evenwichtssituatie lijkt er – anders dan bij de wet van vraag en aanbod – niet te zijn. Het proces gaat door, totdat de bom door een externe oorzaak barst, en daarna begint het spel opnieuw. Met een wetenschappelijk onderzoek naar dit soort fenomenen is naar mijn mening een Nobelprijs te verdienen.
Versimpeling
Ik denk dat het inderdaad goed zou zijn om de functie van het betalingsverkeer zoveel mogelijk buiten de risicovolle sfeer te houden, maar we moeten niet de illusie hebben dat de simpele “betaal- en spaarbanken” erg populair zullen zijn bij het publiek. Wat er dan gebeurt, hebben we kunnen zien in Duitsland, waar juist die van huis uit simpele banken in handen van Länder, gemeenten en Genossenschaften, op zeker moment, om niet weg te zinken in onbeduidendheid, zeer riskante transacties (met behulp van hoogbetaalde mensen) gingen doen. Die dreigende onbeduidendheid was als volgt te verklaren (1) particulieren namen geen genoegen met een spaarrente van luttele procenten als zij met producten van befaamde banken (als Deutsche Bank) een hoger rendement konden krijgen, en (2) grote bedrijven brachten hun betalingsverkeer (waaronder loonbetalingen) liever bij befaamde banken onder die hen ook konden helpen met hun funding (valuta, tegenpartijen, looptijd, enz.).
Terminologie
Nog een opmerking over je terminologie: je onderscheidt systeembanken en handelsbanken voor resp. banken die essentieel zijn voor het betalingsverkeer en banken die hun klanten voorzien van (door hen gewenste) ingewikkelde en riskante producten. Maar in de financiële wereld is de geijkte aanduiding net omgekeerd: handelsbanken zijn de simpele banken die niet verder gaan dan het verlenen van self-liquidating kredieten op basis van toevertrouwde (spaar)gelden, terwijl de term systeembank wordt gebruikt voor – de meestal grote – banken die, als gevolg van een meer risicovol bedrijf, de soliditeit van het hele financiële systeem – waaronder natuurlijk in de eerste plaats het betalingsverkeer – in de waagschaal kunnen leggen.
Reacties
# 1 Ja je hebt het mooi aangeduid Toon: een serieus antwoord dat er blijk van geeft dat de schrijver behooorlijk is ingevoerd op de onderwerpen die je hebt aangestipt maar er is geen sprake van ingaan op de kernpunten in je verhaal: de link tussen perverse trekjes van het bonusfenomeen met financiƫle crisis en managers vs bankiers.
Frans Groenendijk:
Ja je hebt het mooi aangeduid Toon: een serieus antwoord dat er blijk van geeft dat de schrijver behooorlijk is ingevoerd op de onderwerpen die je hebt aangestipt maar er is geen sprake van ingaan op de kernpunten in je verhaal: de link tussen perverse trekjes van het bonusfenomeen met financiƫle crisis en managers vs bankiers.
Zit het er in dat die mail-uitwisseling nog verder gaat?
10-jun 2011 , 02:34
Reageren is niet mogelijk op dit bericht.