Naam:  Wachtwoord:   Ingelogd blijven? Wachtwoord kwijt? (Waarom) Registreren
 
          
                         
Dit is het archief van Islamofobie.nl
Sinds juli 2014 verschijnen hier geen nieuwe stukken meer. De artikelen worden *) heringedeeld in acht categorieën: zie de knoppen links. Met uitzondering van de categorie 'Islam(itische ideologie)' is de indeling nu niet meer naar thema, maar naar aard van de stukken. Vier jaar lang lag het hoofdaccent op het voeren van de noodzakelijke ideologische strijd: zie het motto hierboven. In de komende jaren zal ik (initiatiefnemer en belangrijkste leverancier van teksten voor islamofobie.nl) me meer richten op de noodzakelijke politieke strijd. In termen van deze indeling: veel meer nadruk op Voorstellen, Politieke organisatie en iets meer op Opinie. LEES VERDER »
 
 
Ouder: Focus on Benghazi
Nieuwer: Partijdig

De aanpak van pestgedrag en misdaad: verontrustende overeenkomsten
Het verhaal van Ted en Theo

Gisteren plaatste ik een nieuw stuk op de zuster­webstek Keizers & Kleren. Net als twee van de vier andere arti­kelen daar, heeft het betrek­king op crimi­nologie en de houding van sommige crimi­nologen tegenover criminaliteit en straffen.
In die houding klinkt veel, niet zelden te veel, begrip door voor de criminelen die 'ook maar product van hun omgeving zijn' en opmerkelijk weinig interesse voor slachtoffers. In een deel van de academische wereld krijgt dat paradigma van daders als slachtoffers zelfs een uitwerking die gaat in de richting dat slachtoffers eigenlijk maar een storende factor vormen. In een nummer van tijdschrift Rechtstreeks over het thema 'Rechtspraak in het nieuws' struikelde ik over deze uitspraak van Nel Ruigrok: "De theorie leert dat een sterkere focus op slachtoffers en nabestaanden op een sterkere entertainmentfunctie duidt." (hier meer over dat tijdschrift).
Op basis van mijn eigen ervaringen als docent en vanwege mijn sympathie voor de anti-pest organisatie M5 -zie verderop en/of klik op de afbeelding- vergelijk ik hier de aanpak van pestgedrag op scholen met die benadering vanuit de criminologie. Ik begin met een waar gebeurd verhaal uit het onderwijs.
»
Understatement
Een aantal jaren geleden had ik de tweelingbroers Ted en Theo allebei in de klas. Ze zaten niet bij elkaar: Theo zat in 2a en Ted in 2b *). Ted en Theo waren allebei tamelijk lang, mager en intelligent, maar daarmee hielden de overeenkomsten echt wel op. Theo was van de soort leerlingen waarvan je er als docent zo veel mogelijk in je klas wilt hebben: een gezond zelfvertrouwen, leergierig maar ook weer niet overdreven braaf. Ted categoriseren als type leerling waarvan je er liever geen enkele in de klas hebt, zou nog een understatement zijn. Ted was onhanteerbaar voor vrijwel alle docenten, pestte andere leerlingen en was ook agressief. Ik wil hier niet te veel schrijven over de gedragingen van Ted zelf want het gaat me vooral om de manier waarop de volwassenen uit zijn omgeving met hem omgingen.
Zijn moeder bijvoorbeeld.
Zij vertoonde nog niet het meest schokkende gedrag -dat deed een adjunct-directrice- maar wel het meest karakteristieke.
Ted had eerst op een andere middelbare school gezeten en was er met problemen vertrokken. Moeder koos ervoor om onze school daarover zo weinig mogelijk te informeren: dan zouden directie en docenten maar bevooroordeeld op hem reageren. Ted moest een nieuwe kans krijgen. Ze ging nogal ver in die benadering. Zo kreeg de school aanvankelijk niet te horen dat hem medicijnen waren voorgeschreven om zijn gedrag te beïnvloeden en dat hij was opgehouden met die in te nemen. Dat hoorde ik van die adjunct op de avond waar ouders kwamen voor zogenaamde 10-minuten gesprekjes met door hen gekozen docenten. Op mijn planningsformuliertje voor die avond las ik dat de moeder van Ted en Theo ook een gesprekje met mij wilde. Het planningsysteem voorzag niet in de mogelijkheid om aan te geven voor welke leerling de betreffende ouder kwam, maar dat was niet erg: ze kwam natuurlijk voor Ted. Maar nee, ze wilde met mij over Theo praten! Toen ik dit na afloop van de avond vertelde tegen de adjunct, kreeg ik dat verhaal over zijn medicijngebruik te horen. Met als insteek: wat je me nu vertelt is nog niets.
dat Ted een keer zelfs haar, de adjunct dus, geslagen had

Ik informeerde de schoolleiding niet alleen over mijn problemen met Ted in de klas maar rapporteerde ook wat ik waarnam van gedrag in de pauzes wanneer ik surveillancedienst had; van Ted en van andere kinderen. In een pauze merkte ik een bloedend wondje op in de nek van Leo. Hij zat ook in 2b. Leo had een uitstraling die je deed vrezen dat hij mogelijk doelwit voor pestgedrag zou zijn. Ik vroeg hem dus hoe hij aan die verwonding kwam en na wat eromheen draaien werd duidelijk dat Ted daar achter zat. Andere 2b-ers bevestigden dit terwijl ze tegelijkertijd Teds rol probeerden te bagatelliseren. Nadat ik een en ander had aangekaart bij de schoolleiding werd Ted nog onhandelbaarder in mijn lessen.

2b was sowieso de meest problematische van de hele school -tegen de zomervakantie snakten alle collega's naar het volgende schooljaar waarin de leerlingen herverdeeld zouden gaan worden over verschillende klassen 3 en 2- maar ik behoorde dan weer tot de docenten die het meeste moeite hadden met deze klas. Ik was van mening dat de problemen met Ted door de schoolleiding niet goed werden aangepakt en besloot dat ik hem eenvoudigweg niet meer in mijn klas wilde hebben.
Nog voordat ik dit had aangekaart was er juist een scholingsdag voor de docenten over lastige en zeer lastige leerlingen. De deskundige inleider gaf een helder criterium voor het maken van onderscheid tussen enerzijds leerlingen waar je als individuele docent met de juiste aanpak heel ver mee kon komen en anderzijds leerlingen waarvoor een zeer intensieve aanpak nodig was of een speciale school: het gebruik van geweld. Toen ik naar de adjunct ging om mijn besluit toe te lichten verwees ik natuurlijk naar dat onderscheid. Ze begon er wat om heen te draaien maar er was nog een collega bij aanwezig die tot mijn stomme verbazing eraan herinnerde dat Ted een keer zelfs haar, de adjunct dus, geslagen had. Over verdringen gesproken!

Drie categorieën
Met heel veel kinderen die zich enigszins of ernstig misdragen komt het in de loop van de tijd en vaak schijnbaar vanzelf, weer goed.
Echte pesters worden niet gestopt
Een leerling van Turkse afkomst die ik in Havo-4 meemaakte vormde een mooi voorbeeld daarvan: ik maakte kennis met een prima leerling die ook nog eens een grote en zeer positieve invloed had op de sfeer in de klas. Zonder duidelijke aanleiding vertelde hij me op een gegeven moment uit zichzelf dat hij eerst op het gymnasium had gezeten maar zich daar en toen vreselijk gedroeg. Als gevolg daarvan zat hij nu op de Havo hoewel hij gemakkelijk VWO aan had gekund.
Voor wat betreft pestgedrag zijn er drie groepen leerlingen van belang: de grote groep van slachtoffers en wegkijkers, de kleinere groep meelopers en incidentele of impulsieve pesters en de kleine groep van echte primaire pestkoppen.
Een vergelijkbare indeling bestaat er voor wat betreft misdaad. Er zijn overeenkomsten en verschillen in de aanpak van misdaad in vergelijking met pestgedrag.
Een verschil is dat er rondom het pesten vanuit de omgeving vrij veel aandacht is voor de slachtoffers, meer in het bijzonder voor het opkrikken van hun weerbaarheid. "Slachtoffers van pesten", zo stelde Lourens de Bakker, oprichter van M5 echter vast, "kunnen het pesten op eigen kracht bijna nooit stoppen." Een deel van de slachtoffers van misdaad doet zelf wat aan de weerbaarheid. Empowerment van slachtoffers heeft ook een negatief neveneffect. Ik doel op het fenomeen dat wanneer banken beter beveiligd worden rovers hun aandacht verleggen naar tankstations. Wanneer die beter beveiligd worden verschuift de aandacht naar supermarkten etc., zodat de laatste jaren het aantal roofovervallen op woningen toeneemt.
Een overeenkomst is dat er vrij veel aandacht en empathie is voor de middengroep en in beide contexten is dat een goede zaak.
in beeld gebracht en liefdevol in het nauw gedreven

De Bakker kwam echter ook tot de conclusie dat "echte pesters -alle protocollen en sociale leer­pro­gramma’s ten spijt- niet gestopt worden". In het model van M5 worden ze wel gericht in beeld gebracht en liefdevol in het nauw gedreven, maar M5 is wat dat betreft een witte raaf.
In beide contexten is er te weinig aandacht en te veel empathie voor die meest problematische groep: op z'n best doet men alsof die groep eenvoudigweg niet bestaat of men rekent ze altijd bij de tussengroep. In allerlei geschriften van criminologen en uitlatingen van politici en mediapersoonlijkheden klinkt door dat er geen onverbeterlijke criminelen bestáán. In het onderwijs doet men alsof er geen pesters zijn waar iets heel grondigs mis mee is.
In de context van het pesten is dat in zekere zin nog kwalijker: proberen een kind, dat trekken van psychopathie vertoont, nog bij te sturen door zwaar ingrijpen, is immers heel wat realistischer dan het op welke wijze dan ook willen corrigeren van een Marc Dutroux, Volkert van der Graaf of Ted Bundy.

*) Om er voor te zorgen dat het verhaal niet teruggeleid kan worden tot de betreffende kinderen heb ik ze andere namen gegeven en een paar onbelangrijke details veranderd. Alleen de mentoren van klas 2b en de adjunct-directrice zullen de link kunnen leggen, maar die waren toch al in detail op de hoogte.  

Frans Groenendijk,  02-12-2012          

Reacties
# 1
Martin de Witte:

Wat mij in eerste instantie opvalt aan het verhaal van Frans is dat er op zijn school grote verschillen in opvattingen bestaan, over hoe om te gaan met negatieve gedragingen van leerlingen. Als consulent bij M5 realiseer ik mij dat dit lerarencorps, voor zover zij dat al zou willen, er nog lang niet aan toe zou zijn om de M5 methode in te voeren. Daarvoor is het nodig dat iedereen de neus in dezelfde richting heeft staan en actief de gezamenlijke aanpak ondersteunt om het pestprobleem op te lossen. Als dat niet het geval is gaat ook M5 niet werken.

Ik ben het met Frans eens dat geweld een belangrijk criterium is voor de te kiezen aanpak. Maar dit beperkt zich niet tot alleen lichamelijk geweld. Structureel pesten, waarbij gebruik wordt gemaakt van bijvoorbeeld buitensluiting of denigrerende woorden, is wel degelijk ook geweld. M5 maakt onderscheid tussen incidenteel pesten en structureel pesten. Het doel van M5 is om het structureel pesten onmogelijk te maken. Als ik een rotbui heb en Jantje een trap geef, dan doe ik dat morgen niet nog eens, want mijn rotbui is dan voorbij. Incidenteel pesten is niet uit te bannen en is ook weinig schadelijk. Maar als het structureel wordt en slachtoffers stelselmatig worden gepest, dan is er sprake van geweld dat niet te tolereren is en waar wat aan gedaan moet worden. Met het aanpakken van de pesters worden de slachtoffers geholpen.

M5 pakt de pesters aan, maar helpt hen hiermee feitelijk ook. In veel gevallen zitten zij in een rol, waarvan ze voelen dat die nodig is om hun eigen veiligheid te creëren. Niet voor niets wordt er aan het begin van het voortgezet onderwijs stevig gepest, als gevolg van de sociale noodzaak tot het vaststellen van de rangorde in de nieuwe groep. De pikorde wordt opnieuw vastgesteld. Hoe hoger in de pikorde hoe veiliger het is. En de gebruikte middelen om hogerop te komen noemen we pesten. Leraren in een schoolsysteem hebben hier niet of nauwelijks invloed op. De meeste incidenten worden voor hen verborgen gehouden en vaak kunnen zij alleen maar reageren op de incidenten die ze zien. Het is de dynamiek van het (school)systeem, waar kinderen gedwongen in verblijven en waarin een gebrek aan sociale controle is. Dat gebrek leidt ertoe dat goede kinderen -in een onveilige situatie- gewelddadig gedrag gaan vertonen. Is het niet fijn om te beseffen dat hiermee de pesters en de leraren en de ouders voor een groot deel ontschuldigd worden? Het ligt niet primair aan hen! Pesters blijven natuurlijk wel verantwoordelijk voor hun gedrag, maar de druk van het systeem, waarin de kinderen zich bevinden, is primair de oorzaak waarom pesters pesten. Met het meldsysteem van M5 worden de pesters geïdentificeerd en kunnen ze uit hun rol worden gehaald, van het voetstuk waarop zij negatieve macht uitoefenen. Met M5 wordt sociale controle weer mogelijk, zodat we het geweld op school kunnen aanpakken, waarmee de sociale veiligheid weer terugkomt en kinderen zich weer optimaal kunnen ontwikkelen.
Dat alles neemt niet weg dat er ook kinderen zijn met een psychiatrische problematiek. Het is van belang dat die onderkend wordt, waarna gerichte behandeling aangeboden kan worden.

Martin de Witte
.(JavaScript moet ingeschakeld zijn om dit email adres te bekijken)
http://www.pestaanpak.nl

03-dec 2012 ,  12:27
# 2
Frans Groenendijk:

Leuk dat je uitgebreid reageert Martin. Voor alle duidelijkheid: ik beschrijf gebeurtenissen van jaren geleden op een school waar ik ook al enkele jaren niet meer werk. Hoewel er natuurlijk, zoals op elke school, heel wat mis ging, was met name het gedrag van de leerlingen bovengemiddeld prettig. In een vijfde klas had ik op een gegeven moment een spreekster uit het bedrijfsleven. Achteraf liet ze weten verbaasd te zijn over hoe netjes de leerlingen zich gedroegen in vergelijking met wat ze op andere scholen gezien had. Wanneer zich 's morgens een tamelijk onbetekenend vechtpartijtje had voor gedaan, wisten 's middags alle docenten daarvan. In zo'n omgeving is een groter deel van het zware wangedrag verbonden met serieuze psychische problematiek van leerlingen.
Natuurlijk wordt veel niet opgemerkt door de docenten. De meeste collega's vonden de surveillancedienst ook maar een raar onderdeel van hun werk. Een van de mooie kanten van M5 is, als ik het goed begrepen heb, dat het systeem met name ook structureel meldingen verzamelt van leerlingen en ouders. Dat, en wat ik hier boven bestempeld heb als 'liefdevol in het nauw drijven'.
Mijn invalshoek is hier, en was destijds tot op zekere hoogte ook al, een politiek maatschappelijke. Dutroux, Van der Graaf en Bundy hebben ook op een middelbare school gezeten. Je moet daar niet te snel aan denken als docent en als schoolleiding maar andersom die gedachte ook niet helemaal uitbannen. Juist omdat het zo moeilijk te aanvaarden dat een kind echt heel serieuze problemen heeft die ook een funeste, zelfs dodelijke, invloed kan hebben op anderen. Een van de meest pijnlijke aspecten van de zaak-Dutroux was dat hij, voordat hij begon met ontvoeren en vermoorden van jonge meisjes, al eerder veroordeeld was en dat tegen de waarschuwing van zijn eigen moeder in, hij vervroegd was vrijgelaten.

03-dec 2012 ,  03:27
Reageren is niet mogelijk op dit bericht.