De Sharia-charlatan (4)
"De Sharia is voor 98% gelijk aan het Nederlands Recht".
Deel vier van een feuilleton over Leidsche flessetrekkerij.
Deel vier van een feuilleton over Leidsche flessetrekkerij.
Wat vooraf ging: Maurits Berger is Leids hoogleraar "Islam in de hedendaagse Westerse wereld", vooral bekend van zijn uitspraak dat de Sharia (het islamitisch recht) voor 98% (later: 95%) overeen zou komen met het Nederlands recht. Berger had arabist Jansen toegezegd om zijn uitspraak te onderbouwen. Hij kwam deze toezegging nooit na. Een jaar geleden schreef ik professor Berger daarover aan. Hij antwoordde niet; daarop diende ik een klacht in bij het College van Bestuur van de universiteit, en op verzoek lichtte ik dat toe. Wat was het oordeel van de Commissie Wetenschappelijke Integriteit?
» Mijn toelichting had ik half april 2011 verstuurd. Het werd mei, juni, juli, en er kwam maar geen antwoord. De Commissie Wetenschappelijke Integriteit maakt natuurlijk overuren tegenwoordig, met al die fopwetenschappen. Maar de CWI zond zelfs geen bericht dat ze de zaak in behandeling had. Eigenlijk een beetje onbehoorlijk, vond ik.
Omdat het vorig jaar zo lang duurde, zal ik deze week het antwoord van de CWI nog niet geven. In plaats daarvan geef ik hieronder enkele geschrapte fragmenten weer uit een eerste versie van de toelichting op mijn klacht:
Sharia en Mensenrechten
De Sharia gaat niet samen met de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. Leiders van Mohammedaanse landen tekenden in 1990 de Caïro-verklaring van de mensenrechten in de islam. Wikipedia hierover:
De Caïro-verklaring wijkt op essentiële punten af van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. Voorbeelden zijn:
- De vrijheid van meningsuiting komt bijvoorbeeld terug in artikel 22 en wordt hier beperkt tot meningsuitingen die in overeenstemming zijn met de sharia;
- Er zijn zeer ongelijke rechten voor mannen en vrouwen. Artikel 6 vermeldt dat de vrouw haar eigen rechten en plichten heeft en dat de man voor het onderhoud van de familie dient te zorgen;
- Er is geen vrijheid van godsdienst. Artikel 10 verbiedt expliciet het beoefenen van of bekeren tot een andere godsdienst dan de Islam; artikelen 19 en 22 bespreken straffen voor afvalligen.
De laatste 2 artikelen (24 en 25) van de verklaring geven aan dat àlle artikelen in de verklaring volledig ondergeschikt zijn aan de sharia:
- Art. 24: 'Alle rechten en vrijheden genoemd in deze Verklaring zijn ondergeschikt aan de Islamitische sharia.'
- Art. 25: 'De Islamitische sharia is de enige referentiebron ter uitleg en verduidelijking van alle artikelen van deze Verklaring.'
Er wordt aangevoerd dat deze Cairo verklaring (ook wel genoemd de Universele islamitische verklaring van mensenrechten) bedoeld is om de Universele verklaring van de rechten van de mens (UVRM) grotendeels krachteloos te maken. Dit wordt met name veroorzaakt door de artikelen 24 en 25 van de verklaring die de Sharia in alle opzichten laat prevaleren bij de interpretatie, implementatie en de uitvoering van de overige artikelen.
Essentiële vrijheden als het recht op de vrijheid van gedachten en geweten ontbreken, leidend tot het ontbreken van de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van religie inclusief de vrijheid om van religie te veranderen. Zo is wat het laatste aangaat artikel 18 van de UVRM van 1948 strijdig met artikel 10 van de Cairo verklaring. Door artikel 19d van de Cairo verklaring wordt de straf die de Sharia noemt voor o.a. geloofsafval benadrukt, hetgeen in dit geval de doodstraf kan betekenen.
De artikelen 22a, 22b en 22c van de Cairo verklaring beperken de vrijheid van meningsuiting zoals deze in artikel 19 van de UVRM is vastgelegd en betreft hier een van de belangrijkste vrijheidsrechten van de mens.
Door de Sharia als kader te stellen voor mensenrechten en deze prevalent te laten zijn boven de mensenrechten-artikelen worden de in de Cairo-verklaring bedoelde mensenrechten strijdig met fundamentele Westerse principes. Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg stelde hierover, in een arrest van 13 februari 2003 over de rechtmatigheid van een verbod voor de Turks-islamitische Refah partij op, "dat de sharia niet verenigbaar is met de fundamentele principes van de democratie".
Alle reden dus om te aan te nemen dat de sharia niet samengaat met de Universele Rechten van de Mens, en dus ook niet met het Nederlandse recht. Maar de heer Berger vergoeilijkt de sharia, en richt met zijn invloed maatschappelijke schade aan.
De Vrijheidslezing van 2010
In juni 2010 zag ik op de site voor Leidse alumni dat Salman Rushdie op de 18e die maand in de Pieterskerk de Vrijheidslezing zou houden. Rushdie had in 1988 in zijn roman De Duivelsverzen kritiek geleverd op Mohammed. Dat mag niet volgens de Sharia, en imam Khomeini riep alle Mohammedanen op om Rushdie te vermoorden.
Ik ging naar de Vrijheidslezing. Ik zag de uitgebreide veiligheidsmaatregelen die nodig waren om de zwaar bedreigde schrijver te beschermen. Hij hield een weergaloze toespraak over de vrijheid van meningsuiting. Na afloop was er gelegenheid om vragen te stellen. De heer Berger vroeg: Zijn er ook beperkingen van vrijheid van meningsuiting vanuit de schrijver zelf?
Ik vond dat een insinuerende vraag. Blogger Keesje Maduraatje schreef er over: Met andere woorden: Je mag het allemaal wel zeggen maar je hóeft het niet te zeggen
Financiële afhankelijkheid
De sultan van Oman betaalt de leerstoel van de heer Berger. De site van de Universiteit vermeldt: In het convenant dat de Leidse universiteit en de regering van Oman gesloten hebben, is vastgelegd dat de universiteit vrij is in de keuze van de persoon die de leerstoel gaat bezetten en dat de leerstoelhouder op geen enkele wijze afhankelijk is van of verantwoordelijk is jegens de Omaanse regering.
Prachtige woorden, maar zijn ze ook waar? Het ligt toch voor de hand dat wanneer de bezetter van de leerstoel veel kritiek zou uiten op de Islam, de Sultan geen verdere verplichtingen meer op zich zal nemen. Op deze manier alleen al bestaat er een feitelijke afhankelijkheid.
Op 3 februari 2008 was de heer Berger te gast in het TV programma Buitenhof. Clairy Polak vroeg hem“Wat zegt u tegen mensen die zich ongemakkelijk voelen bij die sponsoring uit Arabische landen? Verwijst u dan alleen maar naar Amerika? *)
De heer Berger antwoordde: Nee, ik maak de vergelijking dat het meer gebeurt. Dat men dergelijke vraagtekens stelt bij een universiteit vind ik al opvallend. Alsof de Universiteit Leiden zijn academische onafhankelijkheid in de waagschaal zou stellen..
Drie jaar later is het duidelijk geworden dat Berger’s antwoord niet deugt. De London School of Economics blijkt geld te hebben aangenomen van dictator Khadafi, en in ruil daarvoor heeft het, onder andere, Khadafi's zoon Saif al-Islam een doctoraat gegeven. Als zelfs die gerenommeerde universiteit zoiets doet, zouden veel meer universiteiten voor het geld kunnen zwichten. Er is geen à priori reden waarom de Leidse Universiteit zoveel ethischer zou zijn dan de London School of Economics.
Tot zover de geschrapte fragmenten. Volgende week dan echt het oordeel van het College van Bestuur op mijn klacht.
*) Joop van Haaften had het hele interview opgenomen in zijn VKblog. De Volkskrant heeft dat echter opgeheven. Gelukkig had ik het bewaard. HIER TE BEKIJKEN
Deel 1, Deel 2, Deel 3, Deel 4, Deel 5, Deel 6, Deel 7, Deel 8, Deel 9, Deel 10.
Zie over Berger en over 'sharia' hier op Keizers & Kleren verder: Maurits Berger in het Handelsblad, DE sharia bestaat niet, Maurits Berger: wensdenken of leugen en De strijd met de islam.
- De vrijheid van meningsuiting komt bijvoorbeeld terug in artikel 22 en wordt hier beperkt tot meningsuitingen die in overeenstemming zijn met de sharia;
- Er zijn zeer ongelijke rechten voor mannen en vrouwen. Artikel 6 vermeldt dat de vrouw haar eigen rechten en plichten heeft en dat de man voor het onderhoud van de familie dient te zorgen;
- Er is geen vrijheid van godsdienst. Artikel 10 verbiedt expliciet het beoefenen van of bekeren tot een andere godsdienst dan de Islam; artikelen 19 en 22 bespreken straffen voor afvalligen.
- Art. 24: 'Alle rechten en vrijheden genoemd in deze Verklaring zijn ondergeschikt aan de Islamitische sharia.'
- Art. 25: 'De Islamitische sharia is de enige referentiebron ter uitleg en verduidelijking van alle artikelen van deze Verklaring.'
Er wordt aangevoerd dat deze Cairo verklaring (ook wel genoemd de Universele islamitische verklaring van mensenrechten) bedoeld is om de Universele verklaring van de rechten van de mens (UVRM) grotendeels krachteloos te maken. Dit wordt met name veroorzaakt door de artikelen 24 en 25 van de verklaring die de Sharia in alle opzichten laat prevaleren bij de interpretatie, implementatie en de uitvoering van de overige artikelen.
Essentiële vrijheden als het recht op de vrijheid van gedachten en geweten ontbreken, leidend tot het ontbreken van de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van religie inclusief de vrijheid om van religie te veranderen. Zo is wat het laatste aangaat artikel 18 van de UVRM van 1948 strijdig met artikel 10 van de Cairo verklaring. Door artikel 19d van de Cairo verklaring wordt de straf die de Sharia noemt voor o.a. geloofsafval benadrukt, hetgeen in dit geval de doodstraf kan betekenen.
De artikelen 22a, 22b en 22c van de Cairo verklaring beperken de vrijheid van meningsuiting zoals deze in artikel 19 van de UVRM is vastgelegd en betreft hier een van de belangrijkste vrijheidsrechten van de mens.
Door de Sharia als kader te stellen voor mensenrechten en deze prevalent te laten zijn boven de mensenrechten-artikelen worden de in de Cairo-verklaring bedoelde mensenrechten strijdig met fundamentele Westerse principes. Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens in Straatsburg stelde hierover, in een arrest van 13 februari 2003 over de rechtmatigheid van een verbod voor de Turks-islamitische Refah partij op, "dat de sharia niet verenigbaar is met de fundamentele principes van de democratie".
Reacties
# 1
cornelissen:
Geachte mijnheer van Delft. U maakt het allemaal wel erg spannend. Ik zie uit naar de aangekondigde ontknoping. Al heb ik een vermoeden dat ik daar al redelijk goed een inhoudelijk voorschot op kan nemen.
03-feb 2012 , 10:23
# 2
Andre van Delft:
Er komen nog minstens 4 delen. Er is nog iets aan het nasmeulen, zodat ook ik nog niet weet wat er in het laatste deel komt te staan.
03-feb 2012 , 11:24
# 3 Bekijk beslist ook het interview dat mevrouw Polak met hem hield. Ze laat zelf weten dat ze de Koran niet gelezen heeft, maar doet toch allerlei uitspraken daarover. Berger maakt daar dankbaar gebruik van.
Frans Groenendijk:
Bekijk beslist ook het interview dat mevrouw Polak met hem hield. Ze laat zelf weten dat ze de Koran niet gelezen heeft, maar doet toch allerlei uitspraken daarover. Berger maakt daar dankbaar gebruik van.
Zie ook het optreden van Berger bij Jan Jaap van der Wal Wensdenken of leugens?
03-feb 2012 , 01:06
# 4 Wetboek strafrecht artikel 93
Joojootje:
Wetboek strafrecht artikel 93
Omschrijving: De aanslag ondernomen met het oogmerk om het Rijk geheel of gedeeltelijk onder vreemde heerschappij te brengen of om een deel daarvan af te scheiden, wordt gestraft met levenslange gevangenisstraf of tijdelijke van ten hoogste dertig jaren of geldboete van de vijfde categorie.
Met een aanslag kan ook een politieke stroming in aanmerking worden genomen.
Denk aan NSB
03-feb 2012 , 09:07
# 5
de^mol:
ik volg het met veel belangstelling...
04-feb 2012 , 03:29
# 6
vanhetgoor:
Feitelijk is het niet willen beantwoorden van de vraag al voldoende bewijs dat men weet dat het niet pluis is. Dat een universiteit zich inlaat met bedenkelijke financiering is nog tot daar aan toe, maar dat men willens en wetens toestaat dat verderfelijke en verfoeilijke theorieƫn worden goedgepraat en uit gedragen is dodelijk voor de geloofwaardigheid van een universiteit.
04-feb 2012 , 03:03
# 7 Waarom blijven we zo lang discussiƫren over iets dat in de EU en de rest van de wereld geen vast grond onder de voeten mag krijgen? Weten we niet al heel lang waarom niet alleen M.Berger het vertikt om bepaalde post te beantwoorden?
Meneer Storm:
Waarom blijven we zo lang discussiƫren over iets dat in de EU en de rest van de wereld geen vast grond onder de voeten mag krijgen? Weten we niet al heel lang waarom niet alleen M.Berger het vertikt om bepaalde post te beantwoorden?
Zegt dat niet genoeg over hun mentaliteit?
05-feb 2012 , 11:05
# 8 Het College van Bestuur zal Berger echt niet afvallen.
Theo:
Het College van Bestuur zal Berger echt niet afvallen.
Immers, zouden ze dat doen dan geven ze zichzelf een brevet van onvermogen omdat ze deze situatie jarenlang willens en wetens geaccepteerd hebben.
Ze zullen dus wel met een slimme uitvlucht komen.
En als Andre van Delft slimmer is dan kan hij daar nog op voortborduren. Maar uiteindelijk is er volgens mij niets van te verwachten.
05-feb 2012 , 11:01
Reageren is niet mogelijk op dit bericht.