Premier Rutte
De debatten naar aanleiding van de miljoenennota zijn gered
door een premier die ad rem en geestig reageert, maar niet door de woordvoerders
van de gevestigde partijen die niet verder konden komen dan een eindeloze
herhaling van zetten.
Het kabinet en de Tweede Kamer praatten over Nederland alsof
het een schip is dat door hen wordt bestuurd. Dat is niet zo. Wat de politiek
doet is krabbelen in de marge en het zou haar sieren zich daar rekenschap van
te geven. De markt en het buitenland hebben in het algemeen een veel grotere
invloed dan de Nederlandse overheidsmaatregelen. Nederland heeft aan de andere
kant een hele grote overheid. Haar gedrag heeft zeker wel effecten, maar die zijn over het algemeen ongewild en van fine tuning is hier geen
sprake.
» Ook op de punten waar de politiek wat zou kunnen doen, bijvoorbeeld de hervorming van de zorg en het onderwijs, blijft het bij marginale
veranderingen. De politiek zit vast in een zelfgemaakte box. Voordelen voor iedereen
leveren weinig in termen van extra stemmen terwijl nadelen voor enkelen wel stemverlies opleverenEr buiten denken, daar staat kennelijk straf op.
Ook D’66 die deze punten wel aan de orde stelt en met een
tegenbegroting is gekomen, heeft geen voorstel weten te formuleren dat voldoende getailleerd is om uitzicht te bieden op werkelijke vooruitgang. Iedereen is kennelijk te benauwd voor stemmenverlies. Voordelen voor iedereen
leveren weinig in termen van extra stemmen terwijl nadelen voor enkelen wel stemverlies opleveren. Het zou de politiek sieren als ze in dit opzicht over haar eigen
schaduw heen zou kunnen stappen.
Een van de moeilijkheden waar de politiek mee zit is dat het
begrippenapparaat waarmee de maatschappelijke problemen worden aangepakt intussen zo’n goede honderd jaar oud is. Het zijn abstracties waar door de veranderingen
in de samenleving geen realiteiten meer achter steken of in elk geval niet meer
de dezelfde realiteiten als toen deze begrippen werden gemunt. Ik geef voor de
verduidelijking een paar voorbeelden.
Neem als eerste voorbeeld de ‘minstbedeelden in de samenleving’, de armen zeiden we vroeger.
Daar werd onder verstaan werklui met een inkomen
waar geen ondergrens voor bestond of mensen zonder werk die geen uitkering
hadden maar die leefden van de bedeling. Als er over gedebatteerd wordt in de Kamer hebben de diverse deelnemers allemaal hun eigen voorbeelden in het achterhoofdTegenwoordig verstaan we onder de
minder bedeelden vooral de meervoudig gehandicapten en de dwarslaesiepatiënten. Werklui hebben een minimumloon en het merendeel zit daar ver boven. We hebben
een woud van uitkeringen en andere voorzieningen voor niet werkenden, waar de werkloosheidswet er maar een van is. Dit soort voorzieningen zijn er ook voor
wie nooit gewerkt heeft. Dan is er de bijstand en de bijzondere bijstand als algemeen
vangnet en de AWBZ als een nog bijzonderder vangnet voor de minder gezonde medemens. In plaats van simpel en overzichtelijk is het gecompliceerd en fraudegevoelig geworden. Als er over gedebatteerd wordt in de Kamer hebben de diverse deelnemers allemaal hun eigen voorbeelden in het achterhoofd en in hun meningsverschillen lijken zij op ships that pass in the night.
Tweede voorbeeld. We praten over Europa alsof de instituten
en de regelgeving die in het Verdrag van Lissabon zijn neergelegd Dat we aan dat wankele gebouw dat zijn eigen gewicht niet dragen kan, meer bevoegdheden zouden gaan
geven lijkt het toppunt van dwaasheidsamenvallen
met wat er aan volkeren en de landen in dit werelddeel te vinden is. Dat is
niet zo. De zeven en twintig omvatten niet eens alle Europese landen en aan de wet- en regelgeving die het verdrag bevat mankeert heel veel. Dat we aan dat wankele gebouw dat zijn eigen gewicht niet dragen kan, meer bevoegdheden zouden gaan
geven lijkt het toppunt van dwaasheid.
Men is in Brussel niet in staat tot het
nemen van de meest dringende en noodzakelijke beslissingen. Men zal dat ook
niet zijn als we aan een van de commissarissen of aan de president van de ministerraad gaan vragen die beslissingen voor ons te gaan nemen. We zullen er niet om heen komen om een lijst met Europese prioriteiten te maken. We moeten vervolgens de organisatie van het Europact aan passen om aan de oplossingen voor die problemen ruimte te
bieden.
Het Verdrag van Lissabon is een doodgeboren kind en kan beter zo snel mogelijk door iets beters worden vervangen. Bij iets beters denk ik dan aan separate
organisaties voor uitsluitend die landen die een probleem gezamenlijk hebben met een bestuur dat democratisch wordt gecontroleerd en met duidelijke beslissingsbevoegdheden voor een begrensde periode. De invoering van de euro was bedoeld om de politieke samenhang te versterken en heeft het tegenovergestelde gedaan. Zij heeft daarnaast in de Griekenlandcrisis volkomen onverantwoordelijk de wereldgeldcirculatie opnieuw in gevaar gebracht.
Het zou goed zijn als de Nederlandse politiek zich zelf
opnieuw zou uitvinden. Misschien dat de volgende verkiezingen ons parlement daartoe zullen dwingen. Het ziet er nu echt naar uit dat de oude partijen, die bij de
oude problemen hoorden, on the way out zijn. Als nieuwe partijen straks in staat zijn om vorm te geven aan de wezenlijke geschilpunten in de samenleving, zou dat een grote vooruitgang betekenen. PvdA en CDA zijn niet te redden, ze zitten
te veel vast in hun eigen verleden. Maar een fusie van de linkse partijen aan de ene kant en van de VVD en de PVV aan de andere zou de bevolking een werkelijke keus geven en de politiek een nieuwe kans.
Gisteren al op het eigen weblog van Toon
Reacties
Er is nog niet gereageerd op dit stuk
Reageren is niet mogelijk op dit bericht.