Psalm 121 en pragmatisme 101 *)
Woensdagavond was ik in Nijkerk om een lezing bij te wonen van kolonel Uri Halperin, militair attachée van Israël voor Nederland en voor de Navo. De bijeenkomst was georganiseerd door Christenen voor Israël.
De dominee die de bijeenkomst opende, begon stichtelijk door psalm 121 te bidden voor de aanwezigen. Hij vond deze psalm vooral van toepassing vanwege de regel:
Hij, Israëls Wachter, sluimert noch slaapt, geen kwaad zal u genaken.
Zo'n zin zou verkeerd kunnen worden opgevat. De dominee leidde de psalm echter in en daarbij benadrukte hij dat vertrouwen op God niet voor mensen de verantwoordelijkheid wegneemt om handelend op te treden. Ik was blij om dat te horen.
» Met het oog op de herdenking van de Shoah begon Halperin zijn verhaal met een opmerking over het lot van de Nederlandse Joden in de Tweede Wereldoorlog.secure and recognized borders
Hij wees erop dat niet alleen de slachtoffers herdacht worden, maar ook de mensen die gered zijn en de redders. In Nederland is een afschuwelijk groot deel van de Joodse bevolking vermoord, maar dankzij het optreden van vele Nederlandse burgerhelden zijn ook 20000 mensen gered.
Halperin gaf een heldere uiteenzetting over de oude en nieuwe bedreigingen voor Israël. Voor de 'oude' bedreigingen hoefde hij niet veel toe te voegen aan het zeer aanbevelenswaardige filmpje 'Israel's Critical Security Needs for a Viable Peace' van het Jerusalem Center for Public Affairs. Het gaat over de 'secure and recognized borders' waar Israël recht op heeft volgens de unanieme uitspraak van de Veiligheidsraad (niet van de Algemene Vergadering, dat het kompas vormt voor vijanden van Israël) op 22 november 1967.
Het filmpje is van ruim een jaar geleden en sindsdien zijn de bedreigingen voor Israël, dankzij de Arabische lente/mohammedaanse herfst toegenomen.
Op kalme toon schetste Halperin de vele verontrustende ontwikkelingen in de regio. Vooral over de toekomst van Syrië was hij zeer somber, zowel vanuit het oogpunt van de bevolking van dat land als vanuit die van Israëls veiligheid.
Hij vertelde ook wat over het Iron Dome project: uitdrukking van de fenomenale prestaties van Israël op technologisch gebied. Een sinistere kant van dit fantastische defensie-middel kende ik nog niet. Het afvuren van één anti-raket-raket van Iron Dome kost ongeveer evenveel als een luxe Mercedes. De projectielen die zo worden neergehaald kosten de vijanden van Israël ongeveer zoveel als een goede fiets. Vanwege de kosten worden dus niet alle projectielen neergehaald: wanneer de berekeningen laten zien dat het ding in onbewoond gebied zal terechtkomen wordt het niet onderschept.
Het pragmatisme uit de titel van dit stuk slaat eigenlijk vooral op het antwoord dat ik kreeg op mijn vraag over de 'intelligence' van Israël.grote prestaties op het gebied van het voorkomen van onschuldige slachtoffers Niet alleen mag iedereen trots zijn op de grote militaire prestaties van de Israëlische strijdkrachten maar ook op het gebied van het voorkomen van onschuldige slachtoffers: de chirurgische precisie waarmee terroristenleiders en bouwers van Iraanse massavernietigingswapens worden uitgeschakeld.
Dat is niet alleen te danken aan de technologie, maar ook aan informatie uit vijandig gebied.
Op mijn vraag of informanten nu uitsluitend onder seculieren en christenen te vinden zijn of ook onder 'gematigde mohammedanen', gaf hij niet zo'n rechtstreeks antwoord. Alleszins begrijpelijk ook al had ik hem gevraagd als persoon te spreken, niet namens de Israëlische regering. pragmatisme net zo vanzelfsprekend als het in Nederland not-done is
Hij stelde eenvoudigweg dat informanten altijd handelen vanuit belangen en dat die belangen werkelijk van de meest uiteenlopende aard zijn. Het was erg algemeen geformuleerd en eigenlijk ligt het ook nogal voor de hand, maar ik vond zijn antwoord toch leerzaam. Wanneer je voor de taak staat om te voorkomen dat je staat vernietigd worden en je bevolking uitgeroeid, is pragmatisme vanzelfsprekend. Zo vanzelfsprekend als het in Nederland not-done is.
Een van de laatste 'vragen' riep bij mij wel enige gêne op. Het was helemaal geen vraag maar een soort preekje, doorspekt met bijbelteksten, met als strekking dat de Israëli's toch vooral op God moesten vertrouwen en doordrongen moesten worden van het ware geloof.
Terwijl Halperin de niet-vraag beantwoordde, dacht ik aan het verhaal van de in 1953 verdronken orthodox-christelijke Zeeuw die in de hemel zijn beklag doet bij God. Op de christelijke school waar ik heb lesgegeven, werd ook van de atheïstische collega's verwacht dat ze voor een stichtelijke dagopening zorgden en in dat kader heb ik een eigen variant van dat verhaal in verschillende klassen verteld.
De Zeeuw had een boot en een helikopter weggestuurd die hem kwamen redden, omdat de redders zich niet-christelijk gedroegen. Ze waren echter wel degelijk door Hem gestuurd, zo legde God zijn "ondoorgrondelijke wegen" uit aan de Zeeuw.
*) 101 staat in de VS voor de introductie-cursus voor een bepaald studie-onderwerp.
Reacties
# 1
Dorith:
Interessant!
20-apr 2012 , 06:08
# 2
Maarten:
Dank voor deze 'recensie'.
20-apr 2012 , 07:37
# 3
Ron:
De laatste alinea is een mooie parabel, doet het altijd goed.
21-apr 2012 , 02:40
Reageren is niet mogelijk op dit bericht.